Voortzetting mediation na geschaad vertrouwen

Klager legt zijn klacht voor aan het College van Beroep nu zijn klachtonderdelen over partijdigheid, objectiviteit en kundigheid van de mediator ongegrond zijn verklaard. Al vroeg was sprake van een geschaad vertrouwen van klager in de mediation. Mediator heeft dit onderkend en besproken met partijen waarna zij vrijelijk besloten de mediation voort te zetten. Daarmee heeft mediator voldoende zorgvuldig gehandeld zodat hem geen tuchtrechtelijk verwijt kan worden gemaakt. Ook is niet gebleken dat mediator onvoldoende kundig en integer heeft gehandeld. Het CvB verwerpt het beroep.